Handleiding voor de leerkracht

Onderbouw

Les 1, Vaas maken

De leerlingen leren tijdens deze les hoe de vazen van vroeger er uit zagen. Ze leren een bepaalde cultuur te waarderen. Tevens werken ze aan hun kleine motoriek. Ze leren binnen de lijntjes te kleuren of te plakken. Er wordt van de leerlingen verwacht dat ze de vaas op een nette manier in kleuren of beplakken. Voordat de leerkracht met de les start, zorgt hij/zij ervoor dat er voldoende materialen klaar liggen. Dat wil zeggen voor elk kind een vaas op wit A4 papier, voldoende kleurpotloden, vliegerpapier, kwastjes, lijmpotjes en onderleggers.

Differentiatie: De leerlingen die al redelijk kunnen scheuren en plakken, mogen dat doen i.p.v. kleuren.

Les 2, Kasteel/borg bouwen

De leerlingen leren het uiterlijk van een borg kennen en kunnen dit namaken met zand. Ze leren ook samen te werken met hun klasgenoten. Er wordt van de leerlingen verwacht dat ze een borg maken met sowieso 1 kenmerk, zoals een gracht, brug of toren. De leerkracht moet er voor zorgen dat het filmpje klaar staat op de computer of het digibord. Ook zorgt de leerkracht voor voldoende zandbakmateriaal.

Differentiatie: De leerlingen die geen moeite hebben met het bouwen van de borg, zorgen voor meerdere details.

Les 3, Keteltje

De leerlingen leren wat een ketel is en waar die vroeger voor gebruikt werd. Tevens leren ze het liedje 'keteltje dik van buik'. Er wordt van de leerlingen verwacht dat ze meezingen met het lied. De leerkracht zorgt ervoor dat hij/zij het liedje kent en misschien op cd heeft staan. Ook zorgt de leerkracht voor een foto van de ketel.

Differentiatie: Wanneer de leerlingen het lied goed kennen, kan de leerkracht ook de bijbehorende bewegingen aan leren. (zie liedbundel eigenwijs voor tips)

Middenbouw

Les 1, Portret afmaken

De leerlingen leren bij deze les wat een portret is, van welk materiaal het gemaakt kan worden en hoe ze hun eigen portret kunnen maken. Er wordt van de leerlingen verwacht dat ze hun 'portret' afmaken. Het eerste deel bestaat namelijk uit een foto van de leerling. Het andere deel gaat de leerling zelf tekenen. De leerkracht zorgt voor voldoende tekenmateriaal en zorgt voor de gesneden foto's.

Differentiatie: De leerlingen die snel klaar zijn, beschrijven hun portret. Ze beschrijven waar ze op hebben gelet, wat ze nog kunnen verbeteren en hoe ze dit willen verbeteren. Op deze manier leren ze op hun werk te reflecteren.

Les 2, Familiebanden

De leerlingen leren in deze les wat een stamboom is en hoe ze een stamboom kunnen maken. Er wordt van de leerlingen verwacht dat ze een stamboom maken. Ze denken daarbij goed aan hun familieleden en de onderlinge relaties. (broer, zus, partner enz.) De leerkracht zorgt voor voldoende tekenmateriaal en een voorbeeld van een stamboom. Ook is het belangrijk dat de leerkracht weet hoe hij/zij het maken van een stamboom uit moet leggen.

Differentiatie: Maak een stamboom van de mensen die op de Fraeylemaborg gewoond hebben.

Les 3, De koningin huilt

In deze les leren de leerlingen hoe ze hun fantasie bij een bepaald verhaal kunnen uitbeelden. Bij dit drama spel is het de bedoeling dat ze geen stemgeluid en geen rekwisieten gebruiken. Er wordt van de leerlingen verwacht dat ze een verhaal kunnen uitbeelden. Ze kiezen zelf de materialen die ze erbij willen gebruiken. De leerkracht zorgt voor het verhaal dat hij/zij voor gaat lezen. Het is belangrijk de leerlingen te ondersteunen, wanneer ze deze werkvorm nog weinig gebruikt hebben. Zorg ervoor dat ze vrij in hun spel worden!

Differentiatie: De leerlingen kunnen het ook zonder materialen proberen. Het wordt dan lastiger, omdat ze ondersteuningsmateriaal missen.

Bovenbouw

Les 1, Servies maken

De leerlingen leren in deze les hoe ze voorwerpen kunnen maken van klei. Ze kiezen zelf een soort servies of vaas. In de volgende les gaan ze hun voorwerp versieren. Ze schrijven er een tekst op en beschilderen het. De leerkracht zorgt voor voldoende klei en bijbehorende materialen. Ook zorgt de leerkracht ervoor dat de voorwerpen gebakken worden.

Differentiatie: De leerlingen zoeken uit welke schilderkunt op het servies is toegepast in de Fraeylemaborg en passen dit ook toe op hun eigen servies.

Les 2, Wilhelmus van nassouwe

De leerlingen leren in deze les wat de betekenis is van het lied: 'Wilhemus van nassouwe'. Ze leren het lied te zingen en een koppeling te leggen met de Fraeylemaborg. (wat hebben de portretten in de borg te maken met dit lied?) De leerkracht zorgt voor voldoende songteksten en voor de muziek (op digibord of cd).

Differentiatie: Als de leerlingen het lied goed kennen, kun je muziek instrumenten toevoegen.

Les 3, 'Een dag leven op de borg'

De leerlingen leren in deze les hoe het is om te leven in een borg. Door het filmpje weten ze wat de dagelijkse activiteiten van vroeger waren. De leerlingen werken samen aan een script en een decor. De leerkracht heeft bij deze les vooral een ondersteunende rol. Wanneer de leerlingen vast lopen, brengt de leerkracht ze weer op een idee. De leerkracht moet er voor zorgen dat hij/zij het filmpje kan laten zien in de klas.

Differentiatie: Wanneer de leerlingen snel klaar zijn met het script is het de bedoeling dat ze het script nog een doornemen en nog beter leren beschrijven. Ze gaan zich af vragen hoe ze het leven op de borg nog beter kunnen verwoorden en uit kunnen spelen.